woensdag 9 november 2011

Een weekje…adembenemend sporten!

Zo duurt het een eeuwigheid voor je blogt, en zo kun je het niet afknipperen.  Afgelopen week was echter zo fantastisch dat dat wel weer een verhaaltje heeft opgeleverd.


Laguna 69

Vrijdag moesten we helaas het feestgedruis laten voor wat het was, want om 11 uur pakten Fieke en ik (Rob had helaas stageverplichtingen) de bus naar Huaraz. Deze stad ten noorden van Lima ligt op ruim 3000 meter hoogte aan de voet van Huascarán, de hoogste berg van Peru, midden in de Andes.

De busreis was bepaald geen straf, we bleken namelijk in een bedbus te zijn beland en we konden dus bijna helemaal plat. Behalve mijn dromen kan ik dan ook vrij weinig zinnigs melden over de acht uur durende reis.

Nadat we ’s ochtends het hostal hadden geregeld, togen we naar een van de vele organisaties om een tof programma samen te stellen. Franziska, een amiga uit Lima, bleek ook in Huaraz te zijn en sloot zich bij ons aan.  Het programma werd helemaal naar onze wensen ingevuld en was echt geniaal, dat lijdt vrij weinig twijfel zoals je verderop zult lezen.

Later die ochtend bracht een befaamde combi ons drieën en de gids naar enkele watervallen buiten de stad. Hier gingen we abseilen, aan een touwtje door de waterval van boven naar beneden. Sandalen in mijn maatje zeilboot bestaan hier uiteraard niet, dus vol goede moed begon ik als een ware Tarzan op sandalen maatje 40 aan de eerste watervalafdaling. De eerste meters gingen prima, al kreeg ik al snel kramp van het continu intrekken van mijn grote teen. Halverwege gaven mijn muiltjes toch de pijp aan Maarten, duikelden de diepte in, mijn blote voetjes en supergladde stenen alleen achterlatend. Ik kletterde dan ook vrijwel gelijk tegen de rotsen, met een mooi bloederig voetje als gevolg. Na deze waterval, nog twee gave, natte afdalingen gemaakt.


Na de tweegangenlunch voor een euro reden we per combi verder de bergen in. Op plaats van bestemming stonden drie brave knollen ons al op te wachten. Ik had op de een of andere manier een voorgevoel dat mijn schimmel wel eens een eigenwijze draak kon zijn, maar mijn meegebrachte ervaring uit Slovenië gaf me goede hoop op een goede afloop. Toen het ook mij gelukt was om met een lenige zwaai het ros te bestijgen, konden we beginnen aan onze bergtocht te paard. Na enkele minuten kwamen we bij een drempel op de weg. Uiteraard, het beste paard van stal weigerde de drempel over te gaan. Zwepen, kontslaan, duwen en trekken, niets dat het beest in beweging kreeg. Na enkele minuten kreeg onze vierbener er weer zin in, maar in plaats van over de drempel te stappen, ging hij over de veel hogere stoep..over eigenwijs gesproken. Wel hilarisch natuurlijk. De weg vervolgde zich door verschillende dorpjes waar de lokale boeren ons groetten in de enige taal die hen bekend is: het Quechua (dat ik reeds wist na de flater op bestuursweekend). Bijzonder om letterlijk een blik in de keuken en het leven van deze mensen te werpen. De anderen heb ik maar deels gezien tijdens het paardenavontuur, aangezien we wilden galopperen/in draf de berg op wilden, maar mijn onderstel vond het na 3 meter in galop wel weer welletjes en vervolgde zijn reis op de welbekende Peruaanse rustige manier. Tot grote frustratie van zijn ruiter overigens. Drie uren later moest ik weer afscheid nemen van Americo. Ik was hem erg dankbaar voor de mooie tocht met fantastische uitzichten, maar mijn liezen waren enorm gelukkig met het feit dat ze weer in elkaars buurt konden vertoeven zonder pijn.


Burgemeester gezocht



Lomp paard

De volgende dag was het weer vroeg dag. Om 7 uur (wie heeft het over vakantie?!) werden we opgehaald en de bergen in gebracht. Na een lange wandeling, veel geklauter en fantastische uitzichten kwamen we aan bij de eerste gletsjer die ik ooit heb gezien in mijn leven. Ook al was hij niet romantisch wit/blauw maar een beetje bruinig, het was echt supermooi. Gelukkig had ik 0,0 last van de hoogte, dit tot grote ergernis van iedereen in Lima. Bijna iedereen krijgt namelijk last op grote hoogte van hoofdpijn/duizeligheid/misselijkheid en meer van deze ellende, maar ik liep vanaf dag 1 te blaten dat ik daar niet in geloofde. En terecht zo bleek J. Desalniettemin, dat we de tocht naar deze gletsjer hadden gemaakt was niet zonder reden: dat varkentje dienden we even te wassen door naar boven te klimmen. Bewapend met twee pikhouwelen en ijzeren spikes onder mijn schoenen mocht ik het spits afbijten. Dit heb ik altijd al eens willen doen en het was echt zo tof! Het was makkelijker dan ik dacht, alleen dat je grote oneindig diepe kloven over moest springen maakte het enigszins lastig. Eenmaal boven moest je weer op de abseilmanier naar beneden. We hebben in het kader van onvergetelijke ervaring drie keer op en neer een gletsjer bedwongen. Tussen neus en lippen door vertelde de gids dat hier aan de lopende band lawines plaatsvinden, en dat je dan maar geluk moet hebben. Great. Maar gelukkig was het geluk aan onze zijde.


Zuidpool look-alike






Eenmaal teruggeklauterd wachtte ons de volgende uitdaging: we gingen niet gewoon met de auto terug naar Huaraz, maar op een (te kleine) mountainbike! Dat betekende dus vanaf 5000 meter naar beneden razen, en dan niet over asfalt, maar over een weg met enorme keien en gaten. Na 5 minuten was je dan ook al een grote drilboor, maar dat mocht de pret niet drukken. Dit was echt supertof om te doen en ging stuitertjehard, al moest de rem er regelmatig aan te pas komen om niet uit de bocht vliegen en enkele honderden meters naar beneden te storten. Boven was het natuurlijk vrij koud, maar op de weg naar benee werd het steeds warmer. Voordat we het wisten stonden we ineens letterlijk midden in een kudde ezels, schapen en koeien. Dat leverde vrij leuke taferelen en op hol slaande schaapjes op, maar met enig overwerk kregen de honden alles weer op de rails. We waren nog niet uitgelachen of het weer sloeg ineens helemaal om. Je zag de regenbuien naderen al kwam er eerst hagel uit. Pijn! De hagel ging over in keiharde regen met knetterharde onweer. Dat was iets minder fijn dus. We waren binnen enkele minuten tot op het bot doorweekt maar nog altijd in de middle of nowhere, dus zat er niks anders op dan vrolijk te blijven trappen. Uiteindelijk bereikten we een dorpje, waar we onder een dakgoot konden schuilen. Het onweer zat en bleef recht boven ons en de regen werd alleen maar erger. Na een uur waren we bevroren en hebben we ons op laten halen. Gelukkig waren we bijna weer in Huaraz (nog een uurtje) dus wat dat betreft niks spectaculairs gemist. Als ijspegels kwamen we beneden aan. Ik had nog wel zin in een lekkere Nederlandse winter, maar daar ben ik nu in een keer weer van genezen ;)






Voor de volgende dag hadden we geregeld om om 11 uur te vertrekken, in plaats van om 6 uur. Dat betekende uitslapen en heerlijk ontbijten in het zonnetje met 25-30 graden. Om elf uur kregen we een backpack opgeknoopt en gingen we weer in een combi richting bergen, dit maar voor een tocht van 2 dagen. Als vee werden we in een busje gedrukt, en de ‘conducteur’ zag steeds ruimte die wij niet zagen voor meer volk dus dat was pure gezelligheid. Met de backpacks op het dak geknoopt reden we naar boven. De chauffeur reed keihard, langs de rand van de afgrond (tussen 3000 en 5000 meter). Dit leverde vrij harde knikkende billetjes op aangezien een vangrail hier niet bestaat. Focussen op het prachtige uitzicht deed echter alles vergeten. Eenmaal boven maakten we een korte wandeling alvorens aan te komen bij onze kampeerplek voor die nacht. Dit was echt onbeschrijfelijk mooi. Tussen de beekjes, watervallen en besneeuwde bergtoppen zetten we (of beter gezegd zij en maakte ik de foto’s) ons tentje op. Nadat de ergste hyperventilatie door al het moois was weggezakt, kookten we op een inieminiegaspitje ons eten en het water uit de rivier. Na het eten genoten van een heerlijk biertje en toen werd het toch echt bedtijd want het was al 19.00 uur…Met andere woorden: het werd donker, en aangezien niemand een zaklamp had, bleven er weinig andere opties dan slapen over. Met twee truien en een jas dook ik in mijn mummie-slaapzak. Slapen bleek echter weer een ander verhaal. Op het 1 millimeter dikke matje moest je om het kwartier draaien omdat het dan te pijn begon te doen. Verder was ik überhaupt nog niet echt moe op dit Sesamstraattijdstip. Kortom geen ideale nacht, en het bleef maar donker. Een van de langste nachten uit mijn leven. Maargoed, tegen half 6 werd het dan toch eindelijk licht en was het tijd om aan te kleden. Het was zo ongelooflijk koud, het ijs stond zonder grappen in mijn schoenen. Na een kort ontbijtje waarbij een vos rond onze tent dartelde, werd de hele zooi weer ingepakt. Gelukkig konden we onze backpack ergens achterlaten, want er stond ons een hele lange, zware tocht te wachten met als doel Laguna 69 (meer 69). Dat lang en zwaar was niets teveel gezegd.
Steile beklimmingen naar grote hoogten stelden ons op de proef. Een panoramablik werpen op de omgeving gaf echter zoveel energie om het hele stuk lachend nog tien keer te doen. Na de wandeling van een paar uur kwamen bij onze bestemming: Laguna 69. Dit meer mag dan qua grootte geen Lageveld of Hoornse Plas zijn, het is zo mooi dat je de eerste tien minuten überhaupt niks zinnings uit kan brengen. Ik heb nog nooit zulk blauw water gezien, en het is omgeven door watervalletjes en besneeuwde bergtoppen. Aangezien een foto in dit geval ook meer zegt dan duizend woorden, zou ik zeggen: bekijk de foto’s!






 














Daar het meer in een afgelegen, onherbergzaam gebied ligt, was de enige mogelijkheid om weer bij ons kamp te komen door dezelfde weg terug te lopen. De terugreis was echter stukken makkelijker en ging sneller omdat het logischerwijze dalen was in plaats van continu klimmen. De backpacks werden weer opgeknoopt en onder zomerse omstandigheden, 30 graden, werden de meren van Llanganuco bezocht. Ook super, ook zulk bijzonder blauw water. Aan het eind van de middag werden we weer opgepikt door de combi. Ik heb al eerder verteld dat dat minibusjes zijn waarin ik opgevouwen zit. Deze keer hadden we met z’n drieën de achterbank geconfisqueerd. Het was echt onmogelijk om hier nog iemand bij te zetten. Volgens de conductrice was het echter een bank voor 4 en zij wilde in navolging van de (terechte) obesitax, mij de langebenentax opleggen. Flink stampij gemaakt, en uitgelegd dat ik geen klein Peruaantje ben maar tot het langste volk ter wereld toebehoor waarmee ik de lachers op mijn hand kreeg en de geldwolf eieren voor haar geld koos.








Terug in Huaraz nog eenmaal lekker uiteten geweest en lekker gerelaxed, voodat we om 23.00 uur weer in een bedbus terug naar Lima gingen. Daar kwamen we om 6 uur aan, snel naar huis om te douchen, overhemdje aan en hop, fris en fruitig naar het werk. Zo kwam er weer een einde aan een supertof weekend en een bom aan nieuwe fantastische ervaringen!


Donderdag met Jan en Juan naar het casino geweest. Colbertje aan en gaan. Heel gezellig, helaas was het niet mijn geluksavond (verrassend), maar wat wel leuk is hier in de casino’s dat je alle drank en hapjes gratis krijgt. En dan niet van die kinderachtige glazen. Dat casino kan dus nog wel eens vaker een bezoekje verwachten J


Zaterdag stond het volgende tripje alweer op het programma: Lunahuaná. Met acht huisgenoten gingen we om 7 uur ’s ochtends richting dit gezellige stadje. Bij aankomst meteen een helm opgezet en een reddingsvest aangetrokken want we gingen raften! Ik had m’n grote neus voorin de boot gedeponeerd. Het was geniaal. Het is geen regenseizoen en dus stond het water nog niet zo hoog, maar daarom mochten we op 1 stuk zwemmend de stroomversnelling af. Tofste wildwaterbaan ooit!
Na het raften gingen we naar een bergje voor canope. Ik heb geen idee wat het Nederlandse woord is, maar dat betekent dat je aan een touw hangt en van de ene berg naar de andere zoeft. Dat gaat vrij hard. Tenslotte gingen we naar een bodega. Lunahuaná ligt in de regio waar men pisco maakt. Deze nationale trots is een wijn maar smaakt naar wodka. De gast die ons rondleidde was zelf al hagelstenendikke en kwam niet meer uit zijn woorden. De uitleg daarom maar overgeslagen en meteen doorgegaan naar de proeverij. De acht wijnen waren niet te doen, de 5 pisco’s waren beter. Het was erg gezellig overigens.





 

Beetje jammer was wel dat mijn voornemen om deze dag niks te drinken en een pastaatje te eten helemaal de mist in ging. Dit had ik met mezelf afgesproken omdat ik zondag meedeed aan de Lima Nike 10k: een hardloopwedstrijd over 10 kilometer door de straten van Lima. Om half 7 ging de wekker en om 9 uur (gekkenwerk) gingen we van start. Ik had nul geoefend, maar met de Dam tot Dam nog in mijn achterhoofd had ik er wel vertrouwen in. De sfeer zat er in ieder geval goed in, het was een groot feest onder toeziend oog van de president en zijn vrouw. De eerste zes kilometers gingen als een tierelier. Ik weet niet of ik Huaraz nog in de
president met zijn vrouw
 benen had, dat het mijn niet gegeten pasta was, dat het het ontbreken van oefenen was of dat het lag aan de vieze stinkende lucht in Lima, maar na zes kilometer stortte ik totaal in. Ik kwam echt niet meer vooruit. Tegen de tijd begon er ook weer wat te irriteren, maar dan weten bepaalde nkc’ers als ervaringsdeskundigen wel wat ik bedoel. Vooruit gejoeld door de hordes Peruanen langs de kant heb ik me uiteindelijk na krap 45 minuten over de finish weten te slepen. Kreeg ik nog een enorme medaille voor ook. Bleek ook wel terecht, want ik ben 480e geworden uit meer dan 10.000 deelnemers.


Daarna heerlijk de hele middag gechilled in de zon met zeezicht. Zondagavond tenslotte in het kader van het Europees Filmfestival naar de Hel van ’63 geweest. Schreef ik dat ik al klaar was met de Nederlandse winter voor dit jaar? Ik kom daar nu weer op terug, heb echt ongelooflijk veel zin in schaatsen gekregen!

Gisteren de hele ambassade op de kop gezet. Vanwege een verjaardag mocht iedereen een taartje uitkiezen, en hoe verrassend is het dat onze Jordi de enige met nootjes uitkoos. Na een hap gelijk enorme buikpijn, misselijkheid, en dikke ogen, keel en lippen. Hoewel ik natuurlijk wel wist dat het meeviel, moest en zou de dokter erbij worden gehaald. De beste kwakzalver heeft me 6 dagen lang 4 pillen per dag voorgeschreven. Dat kan hij dus op zijn buik schrijven. ’s Avonds naar het theater geweest. Eerste tien minuten waren even lastig, daarna was het superleuk.

Dat was het wel weer voor deze keer. Er staan nog genoeg leuke dingen op de planning. Stage is nog steeds geweldig. Ik kan echter nog steeds niet pinnen ondertussen, hebben meer rabo’s hier last van. Echt superirritant, nog even en ik sta borden af te wassen ‘s avonds. Hier kennen ze geen zomertijd, dus het verschil Lima-Nederland bedraagt nog slechts zes uur.

Amigos van het goede leven, houd me op de hoogte van jullie belevenissen en tot gauw!

Besos,
Jordi 

Hieronder 2 filmpjes: de eerste bij het kamp, de tweede als blije lama bij het hardlopen